Preek van Mijna Hadders-Algra

Juryrapport

Een preek over de Leviticustekst (Lev. 20: 13), opgebouwd rond het begrip heiliging. De preek schetst de cultuur en de context van die tijd, zonder de betekenis van de tekst weg te redeneren. In de preek wordt de Leviticustekst verbonden met het zondvloedverhaal met de regenboog en de oproep dat ieder het waard is om gered te worden.

Mijna Hadders-Algra uit Appingedam is hoogleraar ontwikkelingsneurologie te Groningen en volgde een bachelor Godgeleerdheid.

___

“Wie met een man het bed deelt als met een vrouw, begaat een gruweldaad. Beiden moeten ter dood gebracht worden en hebben hun dood aan zichzelf te wijten.”

Lieve help, staat dat zo in de Bijbel?! Wat moeten we als Christen met deze beoordeling en veroordeling, met deze kapitale cancelling van homoseksualiteit?

Een veel gebruikte oplossing is die van de struisvogel: de kop in het zand en doen of je geen weet hebt van de tekst. Maar ja, we zijn geen struisvogels, we zijn mensen. We zijn wezens met het vermogen om te lezen, te luisteren en na te denken. Er is geen ontkomen aan, we moeten de tekst lezen en interpreteren. Aan de slag met ons hart en verstand, met ons geloof en onze rede.

We mogen dan allereerst beseffen dat de teksten in de Bijbel werden genoteerd door mensen, die in een heel andere situatie leefden dan wij. De teksten in het boek Leviticus kwamen enkele eeuwen voor het begin van onze jaartelling tot stand. In de tijd na de Babylonische ballingschap waarin het Joodse volk zich heroriënteerde. Centrale vragen waren: wat zijn wij voor volk en wat zijn onze normen en waarden? Het eerste en belangrijkste antwoord was: Wij horen bij God die ons uit de slavernij van Egypte bevrijdde. God is onze bevrijder! Maar wat betekent dat voor het leven van alle dag? In het boek Leviticus werden daartoe gedragsregels opgeschreven. Sommige regels beamen we nog steeds: pleeg geen incest. Maar ten aanzien van andere regels zijn onze gedachten in de loop der eeuwen veranderd. Niet alleen denken we nu anders over homoseksualiteit, we denken bijvoorbeeld ook anders over maatregelen na overspel. Over dat laatste meldt Leviticus: “Wie overspel pleegt met een getrouwde vrouw, een vrouw die een ander toebehoort, moet ter dood gebracht worden. Beide echtbrekers moeten worden gedood”. Tegenwoordig vinden we overspel nog steeds geen goed idee, maar er staat zeker geen doodstraf op.

Dat brengt me bij de kerngedachte achter de wet- en regelgeving van het boek Leviticus. Het gaat in Leviticus om heiliging. Heilig klinkt ons vaak zoetsappig en braaf in de oren – zo hebben we het over heilige boontjes. Maar in de Bijbel betekent heilig heel zijn, volledig tot zijn recht komen. Het raakt aan welzijn en vrede, aan shalom. Ja, het gaat in Leviticus om de boodschap: God is heilig. Dat wil ook zeggen: God wenst ons heiligheid. God heeft het allerbeste met ons voor. Daartoe geeft God ons regels, woorden voor het goede leven.

Maar past de regel over homoseksualiteit dan bij goed leven? In die tijd van de Bijbelschrijvers vermoedelijk wel. Leven betekende toen vooral overleven. In die tijd was de levensverwachting van de mens iets van 25 tot 30 jaar. Onvoorstelbaar voor ons  – met onze levensverwachting van ruim 80 jaar! Toentertijd was overleven dus een levenstaak. Een taak, die inhield dat je nageslacht moest zien te verwekken en dat je dat nageslacht in leven moest zien te houden. Vandaar de focus op heteroseksualiteit en op stabiliteit binnen het gezin. Daarmee steeg de kans op overleven, op het goede leven van het volk.

Nu leven we in een andere tijd en op een andere plaats. We hebben ons geleidelijk gerealiseerd hoe veelkleurig het mensdom is. Niet alleen verschillen mensen van elkaar in de kleur van de ogen en van haar en huid, maar ook in gender en seksuele voorkeur. We beseffen dat de mensheid alleen volledig tot zijn recht komt als ieder mens zichzelf kan zijn, en ook zó door de ander wordt gewaardeerd. Alleen dan is de mensheid – om met Leviticus te spreken – heel en heilig. Dat is wat Gods heiligheid ons elke dag voorhoudt en Gods liefde ons elke dag voorleeft. Zoals Paulus aan de gemeente in Galatië schreef: “U bent allen kinderen van God… Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus”. Met andere woorden: voor God en Jezus mag iedereen er zijn, ongeacht seksuele geaardheid. Dat past perfect bij wat de regenboog verbeeldt: “Dit,” zei God tegen Noach, “is het teken van het verbond dat ik met alle levende wezens op aarde gesloten heb”.

Amen

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: